Pichon-Parat
In 1950 begonnen twee vrienden, Bernard Pichon en André Parat samen een carrosseriebedrijf in Sens in het departement Yonne. De eerste was een begaafd auto ontwerper en de tweede wist de ontwerpen van zijn vriend in carrosserieën om te zetten.
De jonge ondernemers begonnen met het ombouwen van grote Amerikaanse berlines en pick-up’s en daar bleek een goede markt voor te bestaan. Ze doen goede zaken en al in 1951 veroorloven zij zich een stand op de Salon d’Automobile in Parijs, waar zij een omgebouwde Ford Vedette en een hele elegante coupé op basis van een Renault 4CV (zie hier boven) exposeren. Vooral de Vedette bleek een succes, tot halverwege de jaren vijftig veranderden zij 300 van die Fords in eigen stijl berlines, breaks, coupé’s en cabriolets. Ook de Renault Frégate wisten zij in een mooie cabriolet om te toveren.
Maar al snel daarna lieten zij hun blik vallen op de Panhard Dyna Junior waarvan zij met een ‘hard top’ mooie berlinettes van maakten. Van het een kwam het ander en mede doordat Bernard Pichon steeds meer in de racerij geïnteresseerd raakte construeerden zij, weer met gebruik van de Panhard techniek een geheel eigen sportauto, de Dolomites. Deze auto werd in twee versies gebouwd, de eerste had een gedeelde vlakke vooruit met dus een stijl in het midden en de tweede had panoramische voorruit. De ± 15 Dolomites die uiteindelijk het licht zagen deden het goed op de racecircuits, er werden diverse overwinningen in de klasse van 750 tot 850 cc behaald.
Voor de bouw van deze auto’s gebruikten zij één keer een DB / panhard onderstel, de overigen werden op zowel gebruikte als nieuwe onderstellen van de Dyna X en de Junior gebouwd.
Ondertussen werden in hun werkplaats ook veel andere auto’s omgebouwd, zij werkten daarbij samen met de Amerikaanse ontwerper Raymond Loewy, die voor Amerikaanse stijlkenmerken zorgde. De productie bestond onder meer uit twee prachtige Salmson 2300 S berlinettes, een met vleugeldeuren uitgeruste berlinette op een Renault 4CV onderstel (de Izouard), breaks op basis van de Dyna Z en Talbot T26 sportwagens die nog in de ‘24 uur van Le Mans’ hebben gereden. Ook de verlengde Jaguar E-type die in de Louis de Funès film ‘Le petit baigneur’ (1968) gebruikt wordt was door Pichon-Parat onder handen genomen.
In de tien jaar hierna werden nog veel autotypen onderhanden genomen en naar eigen inzicht verbeterd, maar na het overlijden van Bernard Pichon (1979) was de vaart er uit en in 1983 kwam ook voor de firma Pichon-Parat het einde.
Hieronder een gallery met diverse creaties van Pichon-Parat op Panhard basis